Een samenhangende aanpak voor de integratie van
statushouders
Toezicht Sociaal Domein onderzocht de integrale aanpak van de integratie van statushouders. Dit heeft tal van interessante praktijkvoorbeelden opgeleverd. In deze interactieve tool laten we succesvolle praktijkvoorbeelden zien, ingedeeld naar de volgende thema’s:
I = In beeld krijgen en houden
N = Nauwe samenwerking
T = Taal en onderwijs
E = Eigen aanvulling
G = Goede start
R = Regie
A = Ambassadeurs inzetten
A = Adequate ondersteuning
L = Laagdrempelig
Klik op de puzzelstukjes die samen het woord INTEGRAAL
vormen en benut de goede ervaringen van anderen. Deel ook
eigen praktijkvoorbeelden via deze tool!
In beeld krijgen en houden
In beeld krijgen en houden
Volg statushouders tijdens het hele
integratietraject - het liefst door één persoon of
instantie. Zo zie je of de zelfredzaamheid toeneemt,
en aan welke ondersteuning behoefte is. Ook heb je
eventuele problemen met bijvoorbeeld geld of
geestelijke gezondheid op tijd in het vizier. En
voorkom je erger. In beeld krijgen, en in beeld
houden dus.
Brede intake en doorgaande lijn in Weert
Sinds 2018 is in de arbeidsmarktregio Midden-Limburg een
kansenverkenner actief op de AZC’s in de regio. Deze persoon
brengt kansen en mogelijkheden van de statushouders in kaart,
stelt een ontwikkeltraject op maat op en zorgt voor een
doorgaande lijn tussen COA en gemeente waardoor geen tijd en
informatie verloren gaat. De overdracht vindt plaats via een
gesprek tussen de statushouder, de kansenverkenner, de regisseur
statushouders van de gemeente en VluchtelingenWerk. Als de
statushouder verhuisd is naar Weert, neemt de regisseur
statushouders de regie op de integratie over. Er wordt een team
samengesteld van professionals die de statushouder begeleiden.
Naast de regisseur zijn dit in ieder geval de coördinator
Team nieuwkomers/VluchtelingenWerk en de inburgeringsschool.
Bij psychische problemen sluiten ook andere partijen aan,
zoals maatschappelijk werk. Samen met de statushouder wordt
een plan voor de integratie opgesteld, dat elke 3 maanden wordt
geëvalueerd en eventueel aangepast.
In Hendrik-Ido-Ambacht heeft VluchtelingenWerk door
de centrale positie die zij in het begin van het
integratieproces inneemt, alle statushouders in
beeld en zorgt ervoor dat alle andere relevante
partijen de statushouders ook in beeld krijgen.
In Tilburg is de klantregisseur spin in het web bij
de integratie. Hij of zij doet een uitgebreide
intake en begeleidt de statushouder tot deze geen
uitkering meer nodig heeft. De klantregisseur heeft
ook contact met andere instanties die de
statushouder begeleiden zodat hij/zij weet wat er
speelt.
Zelf nog andere succesvolle praktijkvoorbeelden van
het in beeld krijgen en houden van statushouders?
Stuur dan een korte omschrijving en met wie
geïnteresseerden contact kunnen opnemen naar:
info@toezichtsociaaldomein.nl
Nauwe samenwerking
Nauwe samenwerking
De statushouder krijgt hulp en ondersteuning vanuit
verschillende regionale en lokale partijen. Nauwe
samenwerking vergroot de kans op een succesvolle
integratie. Hoe dat er uit kan zien? Er zijn korte
lijnen tussen regionale en lokale partijen. Ze
overleggen met elkaar én met de statushouder - over
beleid, individuele gevallen, wie wat doet, en welke
afspraken er zijn gemaakt.
Winterswijk: aandacht voor taal, werk, buurt en vrije tijd
De gemeente Winterswijk heeft een platform opgezet waar alle bij integratie betrokken partijen samenkomen. Vanuit de gemeente zijn de beleidsmedewerker, het sociaal team en de individuele begeleider nieuwkomers betrokken. Verder zijn aangesloten: de sociale dienst Oost Achterhoek, het AZC, VluchtelingenWerk Oost Nederland, het Taalhuis, inburgeringsscholen, ISK, de woningbouwcorporatie, vrijwilligersprojecten en twee cultuurverbinders uit de doelgroep zelf. Gezamenlijk delen ze kennis en informatie met elkaar. Ook wordt gezocht naar dwarsverbanden: op welke terreinen kunnen partijen op elkaar aansluiten met hun activiteiten? Verder vinden overleggen plaats rond vier thema’s: taal, werk, buurt en vrije tijd. Daar wordt gesproken over praktische zaken, zoals hoe je het beste buddy’s kan inzetten in de wijk.
In het cursuscontract van de Haarlemse taalaanbieder
Nova College wordt de statushouder toestemming
gevraagd om de voortgang en aanwezigheid te delen
met de klantmanager Werk & Inkomen van de
gemeente. Daardoor ontstaat een nauwere samenwerking
tussen klantmanagers en taalonderwijs. Dit draagt
bij aan een integrale aanpak van integratie.
Nauwe samenwerking betekent onder andere dat
relevante informatie door de betrokken partijen met
elkaar kan worden gedeeld. Maar hoe doe je dat,
zonder privacyregels te overtreden? In de webtool
Kiezen en Delen van Toezicht Sociaal Domein wordt
aan de hand van een casus aangegeven wat er mogelijk
is.
In Zeist voert de gemeente elke 6 weken overleg met
de ketenpartners. Hieronder vallen de Regionale
Sociale Dienst, VluchtelingenWerk, welzijnswerk, het
taalhuis en het Sociaal Team. Dit overleg helpt bij
het bewaken van de integrale aanpak. Er wordt
informatie uitgewisseld tussen instanties. Loopt
iets niet goed, dan passen de partners hun werkwijze
aan. Ook delen partners eventuele zorgen over
individuele gevallen, en maken zij afspraken
hierover.
Hendrik-Ido-Ambacht: één dag op dezelfde plek werken
In Hendrik-Ido-Ambacht werken medewerkers van
diverse (regionale) instanties, namelijk de
Regionale Sociale Dienst, VluchtelingenWerk en het
sociaal wijkteam, verschillende dagen per week op
dezelfde plek in de gemeente.
Door spreekuren in hetzelfde gebouw te organiseren
en maandelijks casusoverleg te voeren, spreken de
partijen elkaar vaker.
Informatie wordt zo makkelijker gedeeld. Ook is het
eenvoudiger af te stemmen per casus. Statushouders
hebben zo bovendien één laagdrempelige plek waar ze
terecht kunnen met hun vragen.
In Tilburg werken betrokken partijen zowel op
casusniveau als op beleidsniveau nauw samen en
informeren elkaar over wat er op beide niveaus
gebeurt. Partijen die statushouders begeleiden,
kunnen knelpunten in de uitvoering agenderen voor
het overleg op management- en beleidsniveau.
Zelf nog andere succesvolle praktijkvoorbeelden van
nauwe samenwerking? Stuur dan een korte omschrijving
en met wie geïnteresseerden contact kunnen opnemen
naar:
info@toezichtsociaaldomein.nl
Taal en onderwijs
Taal en onderwijs
Wie mee wil doen in de Nederlandse samenleving, moet
de taal kunnen spreken, en onderwijs kunnen volgen.
Taal en onderwijs moeten daarom aansluiten bij wat
statushouders kunnen en willen. Trajecten op maat
dus, die ook rekening houden met de situatie en het
gezinsleven van de statushouder.
Hilversum: onderwijs met behoud van uitkering
De gemeente Hilversum richt zich op het bieden van maatwerk en streeft naar duurzame uitstroom uit de bijstand, onder andere door het volgen van een opleiding mogelijk te maken. Hiervoor werken ze samen met het UAF. Wanneer nieuwkomers, ouder dan 30 jaar, geaccepteerd worden als student door het UAF en een studie gaan volgen, dan geeft de gemeente toestemming om de studie twee jaar met behoud van uitkering te volgen. Het UAF betaalt de kosten via een lening. Wanneer een nieuwkomer, jonger dan 30 jaar, een HBO-schakelklas moet volgen voor een HBO opleiding, dan kan dit ook een jaar met behoud van uitkering. Het UAF betaalt ook dan de kosten via een lening. Dit zorgt voor mogelijkheden voor nieuwkomers om een opleiding te volgen en vergroot de kans op duurzame uitstroom.
In de gemeente Borne loopt het project “Taalhuis Junior”. Dit “maatjesproject”, is opgestart omdat er, tussen de Voorleesexpress en het Taalhuis voor volwassenen, niets was om de kinderen van statushouders tussen 9 en 18 jaar te ondersteunen op het gebied van de Nederlandse taal. De deelnemers hebben over het algemeen behoefte aan hulp bij de woordenschat en begrijpend lezen. De aanmeldingen lopen via de scholen en de logopedie. Na een intake vindt een gesprek plaats met de toegewezen vrijwilliger uit dezelfde leeftijdsgroep.
De meeste kinderen vinden deelname aan Taalhuis Junior erg leuk en gaan op school met sprongen vooruit. Ook de kinderen die zich als vrijwilliger hebben aangemeld zijn zeer betrokken en doen het met veel plezier.
In de regio Gooi & Vechtstreek kunnen gemeenten
gebruik maken van TWiNburgering: Taal en Werk in
Nederland. De tweelingzussen Ellen en Evelyn zijn
met hun integrale aanpak al ruim 10 jaar actief.
Doel van hun aanpak is stappen te zetten richting
opleiding of werk. Dat begint met een
groepstraining, waarin ieder een persoonlijk
toekomstplan schrijft. Vervolgens zoekt
TWiNburgering binnen haar uitgebreide netwerk een
stageplek op maat. Tijdens de stage ontvangt de
stagiair taal op de werkvloertraining en worden
zowel de stagiair als de werkgever/begeleider
gecoacht.
TWiNburgering onderhoudt dan ook intensieve
contacten met statushouders, gemeenten,
voorzieningen, werkgevers en onderwijsinstellingen
in de regio.
In Apeldoorn wordt enthousiast gebruik gemaakt van
het boek ‘Taal voor de Bouw’. In dit werkboek zijn
in begrijpelijke taal woorden en begrippen voor de
bouwvakker opgenomen. Het is bedoeld voor
statushouders, zij-instromers of laaggeletterden.
Het praktijkwerkboek is geschreven door Bouwmensen
Apeldoorn en de gemeente.
In Dalfsen volgen statushouders gedurende 3 tot 6
maanden een taalstage bij een bedrijf in de gemeente
of regio. Dit gebeurt als ze ongeveer een half jaar
in de gemeente wonen en al over basiskennis van het
Nederlands beschikken. Het doel van de stage is om
de taal te leren en alvast een eerste beeld te
krijgen van hoe het werkt op de Nederlandse
werkvloer. Als het voor hun traject richting werk
zinvol is, kan een tweede taalstage bij een ander
bedrijf worden geregeld.
In Hendrik-Ido-Ambacht gaan kinderen van
statushouders een deel van de week naar de taalklas.
Daarnaast gaan ze een aantal dagen per week naar hun
stamschool die gelegen is in de wijk waar ze wonen.
Ze draaien dan mee in de groep waar ze geplaatst
worden nadat ze klaar zijn met de taalklas. Op die
manier leren ze hun klasgenoten alvast kennen. Ook
helpt dit te integreren in de wijk waar ze wonen.
Haarlem kent het schakeltraject ‘Leren en werken in
de zorg voor anderstaligen’. Anderstaligen bereiden
zich hiermee in 20 weken voor op de vervolgopleiding
Verzorgende Individuele Gezondheidszorg.
In het traject krijgen studenten Nederlandse taalles
en oriëntatie gericht op werken in de zorg in
Nederland. Ook maken ze kennis met de praktijk bij
zorgwerkgevers in de regio.
Het schakeltraject is een samenwerking tussen
regionaal opleidingencentrum Nova College Haarlem en
een aantal zorgwerkgevers in de regio. De gemeente
Haarlem ondersteunt het project door financiering
van een aantal begeleidingsuren.
Zelf nog andere succesvolle praktijkvoorbeelden rond
taal en onderwijs voor statushouders? Stuur dan een
korte omschrijving en met wie geïnteresseerden
contact kunnen opnemen naar:
info@toezichtsociaaldomein.nl
Eigen aanvulling
Eigen aanvulling
Welke succesvolle praktijken zijn in uw regio of
gemeente onmisbaar gebleken bij de integrale aanpak
van integratie? TSD nodigt u uit om deze te delen
via dit puzzelstuk!
Hardenberg: workshops
In de gemeente Hardenberg geven de GGD en een budgetconsulent van Raad en Recht workshops aan nieuwkomers tijdens hun integratietraject (tijdens de inburgeringslessen en als onderdeel van de PVT). Nieuwkomers worden in deze workshops o.a. geïnformeerd over de normen en waarden in Nederland, de aanwezige voorzieningen, ze krijgen een toelichting op het beheren van hun eigen financiën en de gezondheidszorg in Nederland. De GGD geeft hierin drie workshops; gezondheid in Nederland, opvoeden in twee culturen en seksualiteit. Deze workshops worden zowel door de gemeente Hardenberg als de nieuwkomers als helpend en nuttig ervaren.
In de lokale krant wordt één keer in de acht weken een zogenoemde inclusiepagina opgenomen. Hierin worden verhalen opgetekend, onder andere door vluchtelingen, om inwoners meer bekend met elkaar te laten worden door inzicht te geven in wat het betekent om vluchteling te zijn.
Het traject bestaat uit verschillende onderdelen: naast aanvullend taalonderwijs en oriëntatie op de arbeidsmarkt wordt een sociaal netwerk opgebouwd rondom de deelnemers. Ook het Participatieverklaringstraject is ingebed in het project. Verder worden deelnemers aan vrijwilligerswerk geholpen om ze arbeidsfit te maken en ze Nederlands in de praktijk mee te geven. Dit aanbod wordt versterkt door een sportaanbod en door samen te koken en te eten. Resultaat: de deelnemers spreken veel beter Nederlands, durven meer en leggen makkelijker contact. Dit filmpje laat zien hoe het werkt:
Integratietraject Samen Doetinchem
Stuur een korte omschrijving van het voorbeeld en
met wie wij contact kunnen opnemen voor meer
informatie naar:
info@toezichtsociaaldomein.nl
Goede start
Goede start
Een goede start is het halve werk. Dat betekent het
opbouwen van een vertrouwensband met de
statushouder, een goede overdracht van AZC naar
gemeente, de statushouder wegwijs maken en een brede
intake op alle leefgebieden.
Introductieprogramma’s
Veel gemeenten hebben een introductieprogramma
ontwikkeld. Hierin maken ze statushouders wegwijs in
de gemeente en in Nederland. We geven hier twee
voorbeelden:
Haarlem
Alle volwassen statushouders die in Haarlem komen
wonen volgen een introductieprogramma van meerdere
weken. Het programma maakt hen wegwijs in de stad.
Het gaat onder andere over werk, financiën,
gezondheid, opvoeding en het schoolsysteem in
Nederland.
Het introductieprogramma wordt met steun van de
gemeente georganiseerd door welzijnsorganisaties
Haarlem Effect en DOCK en ROC Nova College. Aan de
uitvoering leveren medewerkers en vrijwilligers van
meer dan 20 organisaties een bijdrage.
Meer weten?
Saskia Augustin
Beleidsmedewerker Maatschappelijke Ondersteuning
Gemeente Haarlem 0235115273 of 0642654844
Tilburg
Het introductieprogramma van de gemeente Tilburg
bestaat uit verschillende modules. Per statushouder
wordt gekeken welke modules nuttig zijn om te
volgen.
Onderdelen zijn taal, oriëntatie op Tilburg als
stad, oriëntatie op de Nederlandse arbeidsmarkt en
oriëntatie op de Nederlandse samenleving, inclusief
Participatieverklaring. Ook worden er taal- en
leerbaarheidstoetsen afgenomen bij de statushouders.
Het programma heeft een doorlooptijd van 12 weken.
Statushouders kunnen instromen zodra één van de
modules start.
In Zeist werken casemanagers als zogenaamde social
matchmakers. Zij doen tijdens het startgesprek een
uitgebreide intake. Er wordt bijvoorbeeld gesproken
over de gezinssituatie, wonen en het sociaal netwerk
in de buurt. Maar ook gezondheid en vitaliteit, taal
en cultuur, werk en leren, geld en administratie en
wensen voor de toekomst komen voorbij. Daarnaast
wordt gesproken over Zeist: wat weet de statushouder
al, wat voor informatie zoekt hij nog? Met welke
organisaties heeft de statushouder al contact?
Hieruit volgt een overzicht van de situatie, wensen,
behoeften van de statushouder en waar de focus komt
te liggen in de ondersteuning. Vervolgens vindt een
warme overdracht plaats aan de ketenpartners
betrokken bij het integratietraject.
Partijen betrokken bij de integratie bouwen eerst
een vertrouwensband op met de statushouder. Met een
open gesprek maken ze kennis met de statushouder.
Pas daarna wordt gekeken of er ondersteuning nodig
is op een bepaald leefgebied. Deze aanpak draagt
eraan bij dat de statushouder openstaat voor
ondersteuning en om hulp durft te vragen als dat
nodig is.
Zelf nog andere succesvolle praktijkvoorbeelden die
bijdragen aan een goede start voor statushouders?
Stuur dan een korte omschrijving en met wie
geïnteresseerden contact kunnen opnemen naar:
info@toezichtsociaaldomein.nl
Regie
Regie
Als de statushouder (en gezin) op meerdere
leefgebieden zelf geen regie kan voeren om
voorspoedig te integreren, dan is coördinatie van
hulp en ondersteuning nodig. Door een regisseur aan
te wijzen en proces- en/of casusregie te voeren
wordt voorkomen dat verschillende partijen dubbel
werk doen, zaken over het hoofd zien of elkaar zelfs
tegenwerken.
Website over regisseur
TSD heeft een
handreiking
gemaakt voor regisseurs binnen gemeenten en
instellingen die verantwoordelijk zijn voor de regie
van zorg en ondersteuning aan kwetsbare gezinnen.
Wat heeft een goede regisseur nodig aan kennis,
competenties en bevoegdheden? Wat moet voor de
regisseur geregeld zijn?
Binnen de gemeente Zeist coördineert de social
matchmaker de integratieroute. Enerzijds heeft de
matchmaker direct contact met statushouders,
anderzijds voert hij of zij regie over de keten
rondom statushouders. Na het startgesprek en de
intake volgt de matchmaker de voortgang op alle
leefgebieden en voert vervolggesprekken na een half
jaar, na een jaar en na 2 jaar. Verder zorgt de
matchmaker voor de samenwerking en afstemming met
zowel alle betrokken uitvoerende partijen als met de
beleidsmedewerker van de gemeente.
In Tilburg voert de klantregisseur van de gemeente
de regie over het inburgeringstraject van de
statushouders in zijn of haar portefeuille.
Afhankelijk van de zelfredzaamheid van de
statushouder voert de klantregisseur in meer of
mindere mate regie, dit is maatwerk. De
klantregisseur heeft contact met de verschillende
instanties die de statushouder begeleiden. Partijen
informeren elkaar en stemmen hun aanpak op elkaar
af.
In de gemeente Noardeast-Fryslân heeft de
statushouder gedurende het hele integratietraject te
maken met één contactpersoon, namelijk de consulent
huisvesting. Deze consulent huisvesting voert de
regie van A tot Z. Alle betrokkenen weten wie de
contactpersoon is, dat deze de regie voert en hoe
deze is te bereiken.
In de gemeente Dalfsen is de consulent werk en
inkomen statushouders het eerste aanspreekpunt voor
statushouders. Hij of zij regelt het inkomensdeel,
maar is daarnaast aanspreekpunt voor alle andere
organisaties die bij de statushouder betrokken zijn.
Denk aan onderwijs, huisarts, maatschappelijk werk,
VluchtelingenWerk, kerken en andere maatschappelijke
organisaties. De consulent houdt het overzicht van
wat er allemaal speelt binnen het gezin en wie er
betrokken zijn. De betrokken partijen hebben
regelmatig overleg met elkaar. Als een statushouder
aan het werk gaat, blijft de consulent gedurende een
periode van ongeveer 12 maanden nog wel op de
achtergrond aanwezig, bijvoorbeeld voor vragen.
Gemeente Heerlen zet inburgeringsconsulenten in die
veel ervaring hebben met nieuwkomers en ze voor
langere tijd volgen tijdens hun integratieproces. De
regie van de uitvoering ligt bij de
inburgeringsconsulent met de focus op taalverwerving
en participatie, maar ze kijken ook breed naar
thema’s zoals het opbouwen van een sociaal netwerk.
Zelf nog andere succesvolle praktijkvoorbeelden van
regie op integratie? Stuur dan een korte
omschrijving en met wie geïnteresseerden contact
kunnen opnemen naar:
info@toezichtsociaaldomein.nl
Ambassadeurs inzetten
Ambassadeurs inzetten
Wie weet beter waar nieuwkomers tegen aan lopen, dan
ex-nieuwkomers? Het inzetten van (voormalig)
statushouders, ambassadeurs of ervaringsdeskundigen,
kan integratie bevorderen. De ambassadeurs slaan een
brug tussen de cultuur van het land van herkomst van
de statushouder en de partijen die bij de integratie
zijn betrokken. De ambassadeurs geven advies, doen
voor, enthousiasmeren en verspreiden hun opgedane
kennis en ervaring aan lotgenoten en aan bij de
integratie betrokken partijen.
Noordenveld: denktank oud- en nieuwkomers
De gemeente Noordenveld heeft een denktank waaraan zowel oud- als nieuwkomers deelnemen. Dit is een groep waarin ervaringen over het integratietraject worden gedeeld met de gemeente. Met name richting de uitwerking van de nieuwe Wet inburgering levert dit veel waardevolle informatie op: wat werkt, wat werkt niet, waar zitten de blinde vlekken etc.
Binnen de gemeente Dalfsen heeft de
welzijnsorganisatie een Syrische man in dienst voor
24 uur per week. Hij organiseert bijeenkomsten over
zaken waar statushouders tegenaan lopen, zoals
bijvoorbeeld hoe om te gaan met DIGID. Hij
organiseert ook ontmoetingsavonden voor
statushouders waarbij ook Nederlanders worden
uitgenodigd. Daarnaast ondersteunt hij statushouders
ook individueel waar nodig, bijvoorbeeld bij
gezondheidsproblemen.
Hattem maakt gebruik van de methode Grenzeloos om
statushouders aan werk, een studie of
vrijwilligerswerk te helpen. De statushouder wordt
daarbij begeleid door een ervaringsdeskundige die
een duo vormt samen met een medewerker van
Nederlandse origine. De ervaringsdeskundigen
vervullen een belangrijke brugfunctie. Zij weten hoe
het in het land van herkomst en in Nederland werkt
en kunnen een vertrouwensband opbouwen met de
statushouder.
Dankzij budget van de gemeente Aalten heeft
Welzijnsorganisatie Figulus twee zogenoemde
cultuurverbinders voor 6 maanden in dienst kunnen
nemen. Dit zijn ervaringsdeskundigen die al langer
in Nederland wonen en de Nederlandse taal machtig
zijn. Doordat zij zowel de cultuur in het land van
herkomst als die in Nederland goed kennen, kunnen
zij zorgen voor verbinding door verschillen te
overbruggen. Hier hebben zij een training voor
gevolgd. Ze kunnen bijvoorbeeld meegaan naar
gesprekken met de huisarts of met de klantmanager
van de sociale dienst.
Zelf nog andere succesvolle praktijkvoorbeelden van
het inzetten van ambassadeurs? Stuur dan een korte
omschrijving en met wie geïnteresseerden contact
kunnen opnemen naar:
info@toezichtsociaaldomein.nl
Adequate ondersteuning
Adequate ondersteuning
Adequate ondersteuning betekent dat bij integratie
betrokken partijen rekening houden met:
de voorkeuren en (achterliggende) hulpvragen van
de statushouder
de mate van zelfredzaamheid, zowel toe- als afname
de culturele achtergrond
taalbeheersing
Dat vraagt om maatwerk, geduld, vindingrijkheid en
de bereidheid om die ondersteuning voor langere tijd
aan te bieden.
Noord-Kennemerland: uitstroomtafels
In de regio Noord-Kennemerland werken ISK en MBO samen met gemeenten via de "Route Nieuwkomers". Aan zogenaamde uitstroomtafels bespreken deze partijen alle jonge statushouders, en kijken wat nodig is voor een zo goed mogelijke route binnen onderwijs of toeleiding naar werk, op weg naar een zelfstandige toekomst. Dit betreft leerlingen vanaf 14/15 tot ongeveer 23 jaar (RMC leeftijd). Vanuit het onderwijs nemen vooral docenten, decanen en zorgcoördinatoren deel aan de uitstroomtafel. Vanuit de gemeenten zijn dat klantmanagers werk en inkomen, leerplicht, RMC en J&G. Ook zijn er uitstroomtafels voor jongeren die uitstromen vanuit de Entree-opleiding. Op deze manier worden jongeren integraal naar vervolgonderwijs of werk begeleid.
Meer weten?
Anouk Prins
Projectleider Route Nieuwkomers en Onderwijsroute Regio Noord-Kennemerland
APrins@alkmaar.nl 0641046224
Hardenberg: Samen Statushouders Integreren & Participeren (SSTiP)
De gemeente Hardenberg heeft het Project SSTiP ontwikkeld om vrouwelijke nieuwkomers die onvoldoende geïntegreerd zijn een positieve ervaring met participatie en werkervaring te bieden. Het doel van dit project is om deze vrouwen te helpen zichzelf te redden, mee te doen in de samenleving en uiteindelijk een baan te vinden. Eerst wordt er gefaseerd gekeken naar wat de vrouwen kunnen en willen en wat daarvoor nodig is. Hierbij kan gedacht worden aan extra taallessen, rouwverwerking of een sportservicegroep gericht op een gezonde levensstijl. In de laatste fase volgen de vrouwen een werkstage om werkervaring op te doen. Bij de afsluiting krijgen de deelnemers een certificaat. Het project is sterk gericht op maatwerk, waarin het opbouwen van een goede relatie hoge prioriteit heeft. Dit project wordt door de deelnemers als erg nuttig ervaren.
De gemeente Noordenveld werkt samen met Vluchtelingenwerk. Vluchtelingenwerk biedt een juridisch spreekuur aan en een VIP training: Vluchtelingen Investeren en Participeren. De training bestaat onder andere uit activiteiten gericht op het vinden van werk, zoals een CV maken en sollicitaties voorbereiden. Hierbij helpt een jobcoach. Als laatste deel van het traject wordt ook nazorg geboden. Er wordt in gemengde groepen gewerkt zodat nieuwkomers zich kunnen optrekken aan elkaar. De training vindt gedeeltelijk in groepen plaats en gedeeltelijk individueel. De training kan helpen om meer duurzaam werk te creëren.
Maastricht: duaal traject voor jonge statushouders met een uitkering
Bedoeld om de competenties en vaardigheden van jonge statushouders met een grote afstand tot de arbeidsmarkt verder te ontwikkelen. Tijdens de inburgering volgen zij ook praktijkonderwijs. Dit is allebei op dezelfde locatie. Daardoor kunnen de partners beter samenwerken. Ook wordt in de preventieve sfeer met deze doelgroep aan de slag gegaan. In de laatste fase van het traject worden de kandidaten die aansluitend willen gaan werken, intensief bemiddeld. Resultaat: de meeste deelnemers hebben meerdere praktijkonderdelen behaald. Velen zijn nu (parttime) aan het werk en/of willen een vervolgopleiding doen.
De gemeente Weert biedt statushouders duale trajecten aan, waarin zij inburgering combineert met extra taallessen en werkervaring opdoen. Er vindt een intake plaats bij de statushouder thuis. De ervaring leert dat ze daardoor meer vertellen over zichzelf dan op kantoor. Een Arabisch sprekende jobhunter zoekt werkplekken en kijkt welke statushouder waar past. Een jobcoach begeleidt zowel de statushouder als de werkgever met als doel om te zorgen dat de statushouder duurzaam aan het werk kan. De werkgever stelt een buddy ter beschikking, die ervoor zorgt dat de statushouder wordt opgenomen binnen het bedrijf. Daarnaast is er een divers aanbod aan workshops die de deelnemers kunnen volgen, zoals omgaan met geld en doelen stellen voor de korte en lange termijn.
Statushouders die goede kans maken om binnen een
jaar naar werk te kunnen worden begeleid, mogen
meedoen aan een intensief re-integratietraject.
Dit Tilburgse traject is maatwerk. Er zijn onder
andere elke week groepsworkshops over onderwerpen
gericht op werk, zoals het maken van een CV. Ook
individuele gesprekken, taalondersteuning of een
stage vallen onder dit traject.
Daarnaast worden alle deelnemers gestimuleerd om
vrijwilligerswerk, een stage of opleiding te doen
als dat past bij hun situatie.
Gemeenten en partners in het sociaal domein willen
statushouders graag de beste ondersteuning bieden.
De zelfevaluatietool helpt inzicht te krijgen in wat
goed gaat, wat beter kan en welke afspraken nodig
zijn.
In de tool staat het perspectief van de inwoner
centraal en werkt men vanuit casuïstiek. De tool
geeft een beeld van de weg die een inwoner aflegt
als hij zorg of ondersteuning nodig heeft en hoe de
samenhang tussen de geleverde zorg of ondersteuning
is.
De zelfevaluatietool voor gemeenten en
uitvoeringspartners is ontwikkeld door Toezicht
Sociaal Domein (TSD) in samenwerking met Integraal
Werken in de Wijk (IWW).
In Hendrik-Ido-Ambacht maakt VluchtelingenWerk bij
de intake gebruik van een zogenaamde
vaardigheidsmeter. Deze brengt in kaart op welke
leefgebieden de statushouder hulp nodig heeft.
Vervolgens wordt gekeken welke ondersteuning daar
bij hoort.
Om die ondersteuning concreet te maken, zijn aan de
vaardigheidsmeter procesbeschrijvingen gekoppeld.
Deze zijn ontwikkeld door VluchtelingenWerk
Zuidwest-Nederland. De procesbeschrijvingen leggen
stap voor stap uit hoe je bepaalde ondersteuning
kunt bieden - bijvoorbeeld hoe je een bankrekening
opent.
In het trajectplan van de statushouder wordt
aangegeven welke procesbeschrijvingen voor hem of
haar relevant zijn.
Zelf nog andere succesvolle praktijkvoorbeelden van
adequate ondersteuning van statushouders? Stuur dan
een korte omschrijving en met wie geïnteresseerden
contact kunnen opnemen naar:
info@toezichtsociaaldomein.nl
Laagdrempelig
Laagdrempelig
Voor statushouders begint de weg naar ondersteuning
met weten dat je in je gemeente hulp kan en mag
vragen. Statushouders en hun gezin zijn het meest
gebaat bij een vast aanspreekpunt of contactpersoon
die:
Dichtbij en zichtbaar is
Goed bereikbaar is
Outreachend en proactief ondersteunt
Huizen: (coronaproof) de gemeente leren kennen
Om statushouders ook in coronatijd kennis te laten maken met belangrijke organisaties in de gemeente, heeft TWiNburgering in Huizen een wandelexcursie georganiseerd. Ook los van corona kan dit een goede manier zijn voor statushouders om hun gemeente te leren kennen. Al wandelend bezochten de deelnemers aan het participatieverklaringstraject de bibliotheek, de vrijwilligerscentrale, het politiebureau, het busstation, een scholengemeenschap, een zorgcentrum en het gemeentehuis. Overal werd een kort gesprekje gevoerd met de deelnemers over de functie van deze organisaties. Zeker ook het bezoeken van het politiebureau werd van beide kanten erg gewaardeerd. Dat heeft in het land van herkomst immers vaak een heel andere functie en lading dan in Nederland.
Winterswijk is in juli 2019 begonnen met een traject om statushouders die al langere tijd een bijstandsuitkering hebben te begeleiden naar betaald werk. Vaak gaat het om mensen die laagopgeleid of analfabeet zijn. Er wordt begonnen met werken in de Kringloopwinkel, als voorportaal om werknemersvaardigheden te leren. Er is een taaldocent aanwezig op de werkvloer die de deelnemers functioneel taalaanbod biedt. Daarnaast worden de deelnemers begeleid door een taal-werk coach die zelf afkomstig is uit Syrië. De bedoeling is om via het kringloopbedrijf door te kunnen stromen naar een ander bedrijf, met uiteindelijk uitzicht op een vaste baan. Hierover zijn afspraken gemaakt met werkgevers via het regionale werkgeversservicepunt. Ook andere gemeenten in de regio zijn of gaan met deze werkwijze aan de slag.
Naar aanleiding van interviews met Eritrese
statushouders heeft de gemeente Haarlem een
contactkaart ontwikkeld. Deze kaart helpt
statushouders onderscheid te maken tussen
verschillende organisaties.
De kaart biedt een korte beschrijving van wat onder
andere de gemeente en Vluchtelingenwerk voor hen
kunnen betekenen. Ook is er plek voor het aanvullen
van contactgegevens. In de kaart is ook
basisinformatie over zaken als de huisarts,
wijkagent, woningbouwcorporatie en huiselijk geweld
opgenomen.
De contactkaart is beschikbaar in
Nederlands-Tigrinya en Nederlands-Arabisch.
Meer weten?
Saskia Augustin
Beleidsmedewerker Maatschappelijke Ondersteuning
Gemeente Haarlem 0235115273 of 0642654844
Hendrik-Ido-Ambacht – één dag op dezelfde plek
werken
In Hendrik-Ido-Ambacht werken medewerkers van
diverse (regionale instanties), namelijk de
Regionale Sociale Dienst, VluchtelingenWerk en het
sociaal wijkteam, verschillende dagen per week op
dezelfde plek in de gemeente. Zij houden daar dan
onder andere spreekuur. Op deze manier creëren zij
een laagdrempelig plek, waar statushouders terecht
kunnen met hun vragen.
De aanpak in Tilburg is outreachend en wijkgericht.
Er is sprake van een brede taakopvatting:
professionals kijken verder dan alleen hun eigen
domein. In de wijken worden statushouders
persoonlijk benaderd om na te gaan of ze behoefte
hebben aan ondersteuning én om ze te activeren.
Daarbij wordt veel tijd besteed aan het opbouwen van
een vertrouwensband.
Zelf nog andere succesvolle praktijkvoorbeelden van
laagdrempelige ondersteuning van statushouders?
Stuur dan een korte omschrijving en met wie
geïnteresseerden contact kunnen opnemen naar:
info@toezichtsociaaldomein.nl
Achtergrondinformatie
De afgelopen jaren is het aantal personen dat in Nederland asiel aanvroeg aanzienlijk groter geweest dan in de periode daarvoor. Sinds 2015 is bovendien het aantal nareizigers, dat in het kader van gezinshereniging naar ons land komt, fors gestegen. Belangrijk is dat er zo snel mogelijk na het toekennen van de verblijfsvergunning wordt begonnen met integratie, zodat statushouders snel op eigen benen kunnen staan en een bijdrage kunnen leveren aan de Nederlands samenleving. Daarbij is een integrale aanpak nodig. Hierbij wordt gelijktijdig gewerkt aan onder meer huisvesting, taalverwerving, opleiding en werk, zoals de WRR in 2015 bepleitte in de policybrief “Geen tijd te verliezen, van opvang naar integratie van asielmigranten.”
Onderzoek TSD
In ons onderzoek bekeken wij welke factoren in de praktijk bijdragen aan een integrale aanpak en welke factoren belemmerend kunnen werken. Onder een integrale aanpak verstaan we dat er – voor zover nodig – aandacht is voor huisvesting, inburgering, werk en inkomen, het opbouwen van een sociaal netwerk, onderwijs en zorg.
We deden onderzoek in 4 gemeenten die al enige tijd een integrale aanpak gebruiken bij de integratie van statushouders die in hun gemeente zijn komen te wonen. Per gemeente gingen we na hoe de integratie van een aantal statushouders in de praktijk verloopt. We richtten ons zowel op volwassen alleenstaande statushouders, als op gezinsherenigers. We gingen in gesprek met de statushouders zelf en met medewerkers van de organisaties waar ze mee te maken hebben gehad sinds het verkrijgen van hun verblijfsvergunning.
De resultaten zijn in november 2019 gepubliceerd in de interactieve infographic op deze pagina.