Kennis
Wat moet je weten als regisseur? Een goede regisseur heeft kennis van de relevante richtlijnen, herkent ouder- en kindproblematiek, is deskundig op alle leefgebieden van een kwetsbaar gezin, heeft sociaal-culturele kennis en kennis van de sociale kaart. Als de regisseur niet zelf over deze kennis beschikt, kan hij deze expertise waar nodig inroepen vanuit zijn netwerk.
Relevante richtlijnen
De regisseur heeft kennis van en gebruikt de relevante richtlijnen van de beroepsverenigingen, waaronder tenminste de richtlijnen van de beroepsverenigingen NVO, BPSW en NIP:
- Richtlijn Samen met ouders en jeugdigen beslissen over passende hulp
- Richtlijn Gezinnen met meervoudige en complexe problemen
- Richtlijn Kindermishandeling
Ouder- en kindproblematiek
De regisseur herkent problematiek bij ouders én problematiek bij kinderen. Met ouderproblematiek kan het gaan om GGZ-, verslavings- of (L)VB-problematiek. Dit kan verklarend zijn voor andere problemen in het gezin. Voor het herkennen van kindproblematiek heeft de regisseur tenminste kennis van de ontwikkelingspsychologie. De regisseur weet hoe de factoren ontwikkelingsbehoeften van kinderen, de opvoedingscapaciteiten van de ouders en de gezins- en omgevingsfactoren op elkaar inwerken.
GGZ: Geestelijke Gezondheidszorg
(L)VB: (Licht) Verstandelijke Beperking
Basiskennis over alle leefgebieden
De regisseur heeft basiskennis over de leefgebieden werk, inkomen en financiën, maatschappelijke ondersteuning, wonen, onderwijs, jeugdhulp, veiligheid en (geestelijke) gezondheidszorg. Hij kan (juridische) deskundigheid op alle leefgebieden inschakelen.
Sociaal-culturele kennis
De regisseur heeft kennis over de relevante culturen in zijn werkgebied. Denk hierbij aan de cultuurbepaalde opvatting over hulpverlening, bekendheid met culturele achtergrond en gewoonten. Dit draagt bij aan de culturele sensitiviteit van de regisseur, wat bijdraagt aan de relatie tussen regisseur en gezin en een passende aanpak.
Sociale kaart
De regisseur heeft kennis van de sociale kaart in zijn werkgebied. Hij kent de beschikbare algemene en maatwerkvoorzieningen die relevant zijn op de verschillende leefgebieden van een (kwetsbaar) gezin.