Jeugdarts
Deze tijdlijn brengt het belang van informatie-uitwisseling in het sociaal domein in beeld. Vanuit het perspectief van de jeugdarts worden herkenbare afwegingen belicht.
Tijdlijn jeugdarts Janneke van der Berg
-
Maart 2015
-
Bij de basisschool van Damian, de zoon van Dorien, is een jeugdarts betrokken. Zij werkt ook op het consultatiebureau. Deze jeugdarts heeft Liza, de dochter van Dorien, daar een aantal keren onderzocht en heeft een goede band met haar ouders. Zo weet zij onder meer van Dorien dat zij hulp krijgt van een schuldhulpverlener en van een psycholoog.
-
-
April 2015
-
Dorien is voor de tweede keer in tranen uitgebarsten tijdens een consult dat eigenlijk voor Liza was bedoeld. Het is Dorien af en toe te druk met twee jonge kinderen, zo interpreteert de jeugdarts de huilbuien. Dit gebeurt immers vaker bij jonge ouders. Bij Liza constateert ze een kleine achterstand in de lichamelijke, cognitieve en emotionele ontwikkeling. De jeugdarts beoordeelt de signalen als niet ernstig zorgelijk.
-
-
November 2015
-
Enkele weken na het vorige bezoek wordt de jeugdarts gebeld door een jeugdhulpverlener van het wijkteam. Hij wil informatie over de gezondheid van het jongste kind van Dorien en Ricardo. Hij geeft aan dat de ouders toestemming hebben gegeven om deze informatie over de ontwikkeling van Liza bij de jeugdarts op te vragen. De jeugdarts besluit zich voorzichtigheidshalve te houden aan haar beroepsgeheim en wisselt geen informatie met hem uit. Ze vindt de ontwikkelingsachterstand van Liza en de huilbuien van Dorien niet zorgelijk genoeg om ze aan hem te melden. Daarnaast heeft een collega van haar onlangs een waarschuwing van het tuchtcollege gekregen. Hij had te veel informatie gedeeld zonder dat hiervoor toestemming was gegeven door de ouders.
Dillema
Welke informatie mag je op welke gronden met een jeugdhulpverlener of wijkteammedewerker delen?
Wat kun je als professional doen? Lees de toelichting hieronder.
-
We zien met regelmaat dat professionals geen informatie delen omdat ze bang zijn voor een tuchtmaatregel. Deze angst lijkt in veel gevallen niet terecht. In dit geval hadden de ouders van Liza er immers toestemming voor gegeven dat de jeugdhulpverlener contact zou zoeken met de jeugdarts van het consultatiebureau om de ontwikkeling van Liza te bespreken. De jeugdarts had – bij twijfel over de toestemming – de ouders kunnen benaderen om deze toestemming te toetsen. En direct kunnen bespreken welke informatie zij met de jeugdhulpverlener wilde delen. Bij (gerichte) toestemming is de kans niet groot dat de ouders een tuchtklacht indienen. Dat geldt ook voor de kans, dat een tuchtrechter de jeugdarts een maatregel zal opleggen wegens schending van het beroepsgeheim.
De kans op een gegronde tuchtklacht vanwege onterechte informatie-uitwisseling vermindert aanzienlijk bij een goede onderbouwing en dossiervoering. Voor goede dossiervoering is kennis nodig en sturing vanuit het management, want er moet tijd voor zijn. We zien dat sommige instellingen niet, of slechts beperkt, aandacht besteden aan de manier waarop een professional een dossier aanlegt.
Het is belangrijk je afwegingen gedegen te maken. En ook te noteren. Dit geldt vooral in de situatie dat er geen toestemming is van de cliënt of zijn ouders of wettelijke vertegenwoordigers. Daarnaast dien je een aantal relevante zaken te noteren in het dossier. Het gaat erom:
- waarom de cliënt (geen) toestemming heeft gegeven;
- welke afweging heeft geleid tot het al dan niet verstrekken van informatie;
- of dit besproken is met een collega;
- aan wie de informatie is verstrekt;
- wat het doel en de noodzaak was;
- welke gegevens zijn verstrekt en of en op welke wijze de cliënt hierover is geïnformeerd.
Er is ook een andere reden waarom professionals in veel gevallen geen informatie delen. Dat is de (vaak onterechte) angst om de vertrouwensband met de cliënt te beschadigen. Terwijl het in het belang van de veiligheid kan zijn dat professionals bepaalde informatie wel delen. Het is daarom belangrijk de betrokkene(n) goed uit te leggen waarom het delen van informatie nodig is en om welke informatie het gaat. Het is transparant als de professionals de betrokkene(n) uitnodigen erbij te zijn als de informatie wordt gedeeld.
-